Bladerdeegkoekjes met dadel & sinaasappel

Bij het bedenken van het recept voor deze bladerdeegkoekjes heb ik me laten inspireren door een vakantie van ruim twintig jaar geleden op Malta. Om mijn herinneringen aan deze vakantie weer op te frissen, zou ik daarom toch eerst de foto’s er weer bij moeten halen. Gek genoeg heb ik echter voor mijn herinneringen aan de smakelijke kennismaking met de imqaret geen foto’s nodig. Ik kan me namelijk nog als de dag van gisteren herinneren dat we bij het busstation in Valetta een kraampje hadden gevonden (geroken), waar versgebakken koekjes voor een prikkie werden verkocht. Met een papieren zakje vol, liepen we verder. Snoepend van de nog warme knapperige dadelkoekjes.

Bladerdeegkoekjes geïnspireerd op Malteser imqaret

Wat ik toentertijd nog niet wist is dat de imqaret op Malta een traditioneel koekje is, van Arabische origine. Deze informatie heb ik recentelijk op internet gevonden toen ik me verdiepte in de receptuur ervan. Je vindt soortgelijke koekjes daarom ook in Algerije, Tunesië en Marokko. Deze koekjes worden gemaakt van zelfgemaakt deeg dat wordt gevuld met een dadelpasta die op smaak is gebracht met een vleugje oranjebloesemwater en wat specerijen. De koekjes worden gefrituurd en als snack verkocht op markten en dorpsfeesten, of warm geserveerd als dessert met een bolletje ijs.

Gebakken in de oven in plaats van gefrituurd

Zoals gezegd heb ik me laten inspireren door de imqaret, maar ik heb er ook een beetje mijn eigen draai aan gegeven. Ik heb ze namelijk niet met zelfgemaakt deeg gemaakt, maar met vers bladerdeeg van Tante Fanny. Niet alleen zijn ze daardoor een stuk makkelijker en sneller te bereiden, maar hierdoor heb je ook geen frituurpan nodig. Qua smaak zijn deze dadelkoekjes echter net zo lekker als die uit mijn herinnering. Mijn grootste compliment kwam onlangs van een Malteser collega van mijn man. Na het proeven van mijn koekjes was hij in beleving weer even terug op zijn vertrouwde Malta.

Decoratieve vorm, rechthoekig of als slakkenhuisje

Zoals je kunt zien kun je deze bladerdeegkoekjes op twee manieren vouwen. Het rechthoekige koekje lijkt het meest op de originele en is ook de eenvoudigste methode om te vouwen. Bij de andere manier heb ik mijn creativiteit erop losgelaten. Deze gedraaide versie is misschien iets ingewikkelder, maar zeker met de aanwijzingen in het recept goed te doen. Doordat het deeg hier op een andere manier is gebruikt, is de textuur van het koekjes nog brosser dan bij de rechthoekige. De gedraaide koekjes lijken bovendien een beetje op slakkenhuisjes, wat in dit seizoen dan weer erg toepasselijk is.Ingrediënten (voor 24 bladerdeegkoekjes):

• 230 g dadels*, ontpit (gewicht met pit ongeveer 250 g)
• rasp van een ½ biologische sinaasappel of clementine
• 100 ml sap van sinaasappel of clementine
• 1 zakje vanillesuiker, of ½ tl vanille extract
• 2 tl koekkruiden
• 1 el sinaasappelbloesemwater
• 1 rol Tante Fanny vers bladerdeeg (270 g, 40 x 24 cm)

*neem hiervoor Iraanse dadels (zie foto), deze zijn lekker zacht en niet mierzoet. Voor ongeveer 2 euro per doos van 500 gram kun je ze bij Arabische winkels of marktkramen kopen.

voor de afwerking van de rechthoekige koekjes:

• 1 el sesamzaad
• 1 ei, los geklopt

voor de afwerking van de gedraaide koekjes:

• 30 g zachte roomboter
• 1 tl kaneel
• beetje bloem om uit te rollen
• 1 ei, los geklopt

Een el (eetlepel)= 15 ml en een tl (theelepel)= 5 ml. Dit is gemeten met keukenmaatschepjes die iets groter zijn dan de gemiddelde eet- en theelepels.

Bereiding:

1. Begin met de dadelvulling: ontpit de dadels en doe ze in een pannetje met de rest van de ingrediënten voor de vulling (behalve het oranjebloesemwater). Breng het aan de kook en laat het daarna op een zacht vuur gedurende 5 minuten pruttelen. Druk ondertussen al roerende met de achterkant van een lepel op de dadels, hierdoor valt de structuur van de dadels uiteen en wordt het een homogene puree. Dit gaat redelijk makkelijk, een staafmixer is echt niet nodig. Roer tenslotte het oranjebloesemwater erbij en laat de dadelpasta dan op een bord in ongeveer 15 minuten afkoelen tot verder gebruik.
2. Verwarm de oven voor op 200°C (hetelucht) en vul de koekjes door middel van de methode naar keuze.
3. De eenvoudige methode (links op de foto). Rol het bladerdeeg uit op het bijbehorende bakpapier. Snijd het deeg in in de lengte in twee stukken (van 12 x 24 cm). Verdeel de dadelvulling in de lengterichting in het midden van beide stukken. Strijk met een lepel of spatel de vulling uit tot een soort “dijk” met een breedte van ongeveer 3 cm en een hoogte van 1 cm. Klap de ene helft van het deeg over de dadelvulling en bestrijk deze met een beetje los geklopt ei. Klap dan de andere helft van het deeg erover om de vulling helemaal te sluiten en druk de naad goed dicht. Draai de naad naar beneden en bestrijk de gehele reep met ei. Snijd beide deegrepen in 12 stukken. Het mooiste is om ze schuin te snijden, zodat je ruitvormige stukken krijgt. Leg ze op een bakplaat die is bekleed met bakpapier en bestrooi de koekjes met sesamzaad. Bak ze in de oven gedurende 20 minuten tot ze goudbruin zijn. Laat ze daarna afkoelen en bestrooi ze met een beetje poedersuiker.
4. De gedraaide methode (rechts op de foto). Als je voor deze methode kiest, begin dan met deze stap vóórdat je de dadelvulling maakt. Het deeg moet namelijk nog voldoende afkoelen voordat je verder kunt. Rol het bladerdeeg uit op het bijbehorende bakpapier. Meng de zachte boter met kaneel en smeer dit uit over het deeg. Laat echter wel een randje van 1 cm vrij aan één korte zijde, zodat je daar straks de rol goed kunt sluiten (net zoals op de foto kunt zien bij het recept voor de cinnamon roll crumble). Rol het deeg nu weer op vanaf de smalle kant en leg de rol 1 uur in de koelkast om op te stijven. Snijd het deeg daarna in 24 plakken van ongeveer 1 cm. Rol elke plak uit met een beetje bloem tot een diameter van ongeveer 8 cm. Het makkelijkst gaat het als het deeg goed gekoeld is, bewaar daarom de rest van het deeg dus in de koelkast terwijl je werkt. Leg een lepeltje vulling (10-15 g) op het midden van het deeg en bestrijk de rand met een beetje los geklopt ei. Vouw het dicht en druk de randen vast. Leg de pakketjes met de naad naar onderen op een bakblik die is bekleed met bakpapier. Smeer de koekjes in met los geklopt ei en bak ze 20-25 in de oven tot ze goudbruin zijn. Laat ze daarna afkoelen.
5. De koekjes zijn zowel warm als afgekoeld lekker. Op de dag dat ze zijn gebakken zijn ze het meest krokant. Bewaar ze in een luchtdichte trommel, hierdoor zijn de volgende dag ook nog heerlijk.

Variatie tip voor de vulling:

• Voeg 30 g fijngehakte walnoten of pecannoten toe aan de dadelpuree. Kies dan wel voor de rechthoekige methode, ik denk namelijk dat de hoekige nootjes wat lastiger in het deeg zijn te verhullen bij de gedraaide methode.
• Voeg 1 el pastis (anijslikeur) toe aan de dadelpuree.

Heb je dit recept gemaakt? Ik ben erg benieuwd wat je ervan vond! Je kunt je reactie onderaan deze pagina achterlaten. Of laat het me weten via Facebook, Instagram of Twitter, een foto van je gerecht vind ik ook erg leuk!

Veel plezier en eet smakelijk!

Dit artikel is gemaakt in samenwerking met tante Fanny verse degen.